Nieuwe publicatie biedt landschapsbiografie van Kennemerland
Kennemerland is bij uitstek een regio waar in de bodem een stapeling van archeologische sporen aanwezig is. Van de Prehistorie tot de Nieuwe tijd werd het gebied uitgebreid bewoond en het landschap voortdurend aangepast. Deze nieuwe publicatie laat zien hoe deze landschapsontwikkeling ontrafeld en gereconstrueerd kan worden. Hiervoor werd niet alleen archeologische– maar ook historisch geografische kennis benut en werd een lange tijdsperiode van zo’n 1500 jaar bezien. Nieuw hierbij is de grote waarde die wordt gehecht aan kennis uit recente perioden, tot in de 20e eeuw, daar waar in eerder onderzoek vaak de nadruk ligt op vroegere periodes waaruit weinig of geen geschreven bronnen beschikbaar zijn. De omvangrijke publicatie ‘Het Oer-IJ heropend. Aspecten van een archeologisch-culturele genealogie van Kennemerland in Middeleeuwen en Nieuwe tijd’ is op 15 mei 2025 gepresenteerd in Huis van Hilde.
Water als drijvende kracht
De publicatie beschrijft hoe het landschap van de regio Kennemerland zich ontwikkelde sinds de Middeleeuwen. De kustzone van Kennemerland met strandwallen en oude duinen bleef vanaf de prehistorie permanent bewoond. Hier ontstonden in de Vroege Middeleeuwen domeinhoven, waar de eerste kerkjes werden gebouwd. Van daaruit werden de veengebieden ontgonnen. Hierdoor daalde het veenland en ontstonden grote meren, die vanaf de 16e eeuw werden drooggelegd. Dankzij een complex systeem van watermanagement, scheepvaart en een vroege vorm van industrie bleef het gebied bewoonbaar en raakte het steeds dichter bevolkt. Deze toenemende verstedelijking in combinatie met het altijd aanwezige water, vormt een belangrijke historisch-archeologische karakteristiek van het landschap in dit gebied.
Van de Beemster tot de Zaan
Het omvangrijke rapport beschrijft twaalf verschillende thema’s en microregio’s. Zo komen droogmakerij De Beemster met het rijke verleden van buitenplaatsen, het ontstaan van de stolpboerderij als stedelijk verschijnsel en de ontwikkeling van de Kennemer-windmolens aan bod. Ook wordt het militair-strategische landschap, de vroege industriële revolutie aan de Zaan en de dynamische periode van middeleeuwse veenontginningen behandeld. Als microregio’s worden Egmond als bestuurlijk, religieus en economisch middelpunt van de regio en domeinhoven als Vronen-Oudorp beschreven.
Kennis gebundeld
De weerslag van vroegere bewoning of landgebruik is in de bodem niet altijd duidelijk terug te vinden. Sporen kunnen zijn vergaan door verdroging van veen, weggeslagen door oprukkend water of vergraven door latere activiteiten. De studie laat zien hoe versnipperde archeologische- en historisch-geografische kennis per deelgebied of onderwerp gebundeld kan worden om zo het netwerk van de landschapsontwikkeling in beeld te brengen. Dit is belangrijke kennis die in de ruimtelijke ordening benut kan worden om de omgevingskwaliteit van een gebied te behouden.
Postume publicatie
De publicatie is geschreven door Gerard Alders die hiermee begin dit jaar promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam. Huis van Hilde heeft het uitgeven van de publicatie in de reeks archeologische publicaties hierna op zich genomen. Alders was vanaf begin jaren 80 van de vorige eeuw tot 2005 nauw betrokken bij archeologische opgravingen in de provincie Noord-Holland en de archeologische collecties die daaruit voortkwamen. Gerard Alders overleed op 14 april j.l. aan de gevolgen van de zenuw–/spierziekte ALS. Hij liet met de publicatie een omvangrijke en waardevolle basis na voor het archeologisch beschermingsbeleid van gemeenten in de regio Kennemerland.
De publicatie is online te raadplegen en verkrijgbaar in de museumwinkel van Huis van Hilde.