Uit de Canon: Noord-Holland tijdens de Industriële revolutie

In de negentiende eeuw drukt de Industriële revolutie haar stempel op het Noord-Hollandse landschap. Handel en industrie eisen nieuwe ruimte op, vooral in de tweede helft van de eeuw. Dan neemt ook de bevolking sterk toe en groeien de steden buiten hun zeventiende-eeuwse grenzen.

Oude stadswallen worden gesloopt en nieuwe wijken verrijzen in de aangrenzende weilanden. Het ontmantelen van de oude verdedigingswerken kan pas plaatsvinden als er een nieuw antwoord is gegeven op een mogelijke oorlog. De Nieuwe Hollandse Waterlinie komt in de plaats van zijn zeventiende-eeuwse voorganger, en rond Amsterdam wordt een militaire stelling gebouwd van 135 kilometer lengte, voorzien van 45 moderne forten.

De SchoolTV-serie ‘Welkom in IJzeren eeuw’ leert je op een leuke manier meer over de Industriële Revolutie.

Bewoners van Noord-Holland
Het Koninkrijk der Nederlanden, dat na de Franse tijd ontstaat, is een sterk verarmd land. Voor het noordelijk deel wordt dat nog erger, als in 1831 het welvarende België zich afscheidt. Er heerst armoede en er wordt niet geïnvesteerd door de regering. Grote delen van de stadsbevolking leven van de bedeling en wonen in onhygiënische omstandigheden die veel mensenlevens bekorten. Dat Holland in 1840 wordt gesplitst in Noord- en Zuid-Holland, maakt voor die mensen niets uit. In de tweede helft van de eeuw klimt de maatschappij uit het dal, eerst langzaam, dan sneller. De droogmakerijen, de aanleg van spoorwegen, de bouw van nieuwe huizen en fabrieken en de toegenomen overzeese handel zorgen voor een stijging van de welvaart.

Ook worden maatregelen genomen op het gebied van de volksgezondheid. De mensen leven langer en beter. Tussen 1850 en 1900 verdubbelt de bevolking van Noord-Holland, van 470.000 inwoners tot 960.000. De helft van hen woont in Amsterdam, dat in die tijd groeit van 225.000 naar 510.000 inwoners. Er worden meer kinderen geboren en de mensen gaan later dood: de gemiddelde leeftijd van mannen stijgt tussen 1850 en 1900 van 35 naar 51 jaar. Bovendien komen er veel nieuwe bewoners naar de steden, vooral naar Amsterdam, op zoek naar werk.